Het aantal radicale en rechts-extremistische berichten, video’s en memes neemt online snel toe. De negatieve invloed daarvan op de samenleving is goed merkbaar, zeggen adviseurs van de Expertise-unit Sociale Stabiliteit (ESS) van het ministerie van Sociale Zaken. Gemeenten en professionals zoals jongerenwerkers en onderwijzers krijgen daarom in een nieuw factsheet van ESS uitleg hoe ze extreemrechts gedachtengoed kunnen herkennen. De ESS werd in 2015 opgericht, toen steeds meer geradicaliseerde personen naar Syrië en Irak reisden om daar aan de kant van IS te vechten. Gemeenten kunnen de deskundigen raadplegen als zij worstelen met radicalisering en polarisering in hun gemeenschap.
Er wordt niet aangegeven wat de negatieve invloed op de samenleving precies inhoudt, maar er wordt wel gelijk een conclusie aan verbonden, namelijk dat o.a. gemeenten ondersteuning moeten krijgen om extreemrechts gedachtengoed te leren herkennen. Dat roept al enkele bedenkingen op die in dit artikel niet geadresseerd worden.
In dit bericht wordt een aantal termen op een hoop geveegd: rechts extremisme, radicalisering (wat gezien de context waarschijnlijk verwijst naar Islam-extremisme) en polarisering. Dit zijn drie begrippen die, hoewel ze wellicht gemeenschappelijke kenmerken bezitten, volledig los van elkaar staan en ook elk een eigen ontstaansgeschiedenis en achtergrond hebben. Door niet eenduidig te zijn, laat de NOS de lezer in het duister tasten over wat precies het probleem is, wie het veroorzaakt en hoe het ontstaan is.
Anoniem
De experts hebben hun werkterrein uitgebreid naar andere bewegingen die de samenleving onder druk zetten. In het handboek leggen ze uit hoe extreemrechts gedachtengoed kan worden herkend. Om hun werk te kunnen blijven doen zonder last te hebben van intimidatie, zijn de mensen achter de ESS voor de buitenwereld anoniem.
De experts zijn de adviseurs van de Expertise-unit Sociale Stabiliteit die in opdracht van de staat lagere overheidsinstanties moet leren extreemrechts gedachtengoed te herkennen. Met welk doel? En op basis waarvan kunnen deze adviseurs zich experts noemen? Heeft deze unit dan de autoriteit om te bepalen wat extreemrechts is, wanneer iemand geradicaliseerd is en of er sprake is van polarisatie?
Echokamers
De afgelopen twintig jaar is volgens de ESS bij radicaal- en extreemrechts een verschuiving te zien geweest van offline naar online. Sociale media en online fora noemen ze ‘echokamers’ waar rechtsextremisten gelijkgestemden kunnen ontmoeten. De ESS laat zien wat de groepen online verspreiden en hoe dat gebeurt. Dat varieert van onschuldig lijkende clown-icoontjes in Twitter-accounts tot racistische en antisemitische memes (internetgrappen voor ingewijden) die scholieren vervolgens in al hun naïviteit onderling delen. Maar ook leggen ze uit hoe geraffineerd scheldpartijen en bedreigingen zich als een olievlek online verspreiden. Een aantal herkenbare acties en uitingen worden op een rij gezet, zoals ’trollen’ en ‘doxing’. Trollen is het belagen van mensen op sociale media. Het doel is provoceren, een reactie uitlokken of haat zaaien. Vaak is zo’n aanval geregisseerd. Via Telegram of een ander medium spreken mensen met elkaar af wie het doelwit is. Dat kunnen prominenten zijn zoals politici of journalisten, of andere ideologische tegenstanders, vaak met een migratie-achtergrond. Online aanvallers hebben vaak meerdere sociale media-accounts. In sommige gevallen gaat het om honderden accounts die aan één individu toebehoren. Zo’n actie is misleidend omdat het lijkt alsof iemand honderden of duizenden woedende reacties krijgt, terwijl het in werkelijkheid slechts het werk van een enkeling is.
Scholieren zijn blijkbaar naïef. Vandaar dat onderwijzers ook door de Expertise-unit voorgelicht moeten worden. Wat dat in de praktijk tot gevolg heeft wordt niet duidelijk.
Cijfers over hoe vaak het voorkomt en in hoeverre er sprake is van strafbare feiten rond ’trollen’ en ‘doxing’ zouden de lezer de nodige context geven om de ernst van het probleem te duiden.
Doxing
Ook doen radicaal- en extreemrechtse activisten aan ‘doxing’ van tegenstanders op het internet: het vergaren en publiceren van privégegevens van een doelwit. Zo willen ze deze persoon ontmaskeren, beschadigen of intimideren. Vooral activisten van de Anti-Fascistische Actie, Black Lives Matter, Kick Out Zwarte Piet en sympathisanten en leden van de politieke partij BIJ1 zijn hierbij doelwit, constateert de ESS. Ook via anonieme accounts verspreiden de radicaal- en extreemrechtse activisten desinformatie, bijvoorbeeld over vermeende aanvallen door migranten. Daarbij wordt beeldmateriaal gebruikt van een andere gebeurtenis, soms zelfs in een ander land.
Hinten op oorlogen
Mensen met extreemrechts gedachtengoed doen dat, aldus de ESS, met als doel heel bewust “narratieven te pushen die bijdragen aan de gedachte dat vredig samenleven in een multiculturele samenleving een onhoudbaar ideaal is”. Met suggestieve verhalen wordt de sociale cohesie ondermijnd, is de zorg van de ESS. Hetzelfde geldt voor berichten waarin wordt gehint op het uitbreken van een rassenoorlog, burgeroorlog of Derde Wereldoorlog. In andere gevallen gaat het om het verspreiden van complottheorieën met als doel mensen op te zetten tegen de overheid. Radicaal- en extreemrechts is dan het lonkende alternatief.
Extreemlinkse groeperingen zoals Black Lives Matter en Kick Out Zwarte Piet wordt hier de slachtofferrol toegespeeld. Terwijl er toch voldoende argumenten en voorbeelden aan te halen zijn waarbij deze groepen de sociale cohesie negatief beïnvloed hebben.
Het heeft er alle schijn van dat de ESS als een soort internetpolitie aangesteld is en daarbij de aandacht vestigt op groepen waarvan haar opdrachtgever, de overheid, vindt dat ze een bedreiging vormen. Uit de voorbeelden die aangehaald worden, het pushen van narratieven, suggestieve verhalen en hints, kan eigenlijk niet anders geconcludeerd worden dan dat het om meningsuitingen gaat. Dat de NOS hier geen kritische vragen bij stelt, is zeer bedenkelijk. De gedachte dat vredig samenleven in een multiculturele samenleving een onhoudbaar ideaal is, valt blijkbaar niet onder vrijheid van meningsuiting.