Op 14 juni publiceerde het Hoog Commissariaat voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties een verklaring, als reactie op beschuldigingen van ‘gedwongen orgaanoogst’ bij beoefenaars van Falun Gong, Oeigoeren, Tibetanen, moslims en christenen in China.
De eerste beschuldigingen tegen de Chinese regering van gedwongen orgaanoogst bij gewetensgevangenen, dateert al van 2006. De Chinese regering is de beschuldigingen echter altijd blijven ontkennen en heeft deze vermeende praktijk altijd in een sluier van geheimzinnigheid gehuld. Hierdoor werden potentiële slachtoffers ook door de internationale gemeenschap jarenlang aan hun lot overgelaten.
Vorig jaar concludeerde een onafhankelijk volkstribunaal in Londen onder voorzitterschap van Sir Geoffrey Nice QC dat “gedwongen orgaanoogst in heel China al jaren op grote schaal plaatsvindt”.
De VN-rapporteurs zeggen nu dat zij geloofwaardige informatie hebben ontvangen die erop wijst dat “het gedwongen oogsten van organen in China gericht lijkt te zijn op specifieke etnische, linguïstische of religieuze minderheden die zich in gevangenschap bevinden.”
Volgens verklaringen en getuigenissen worden de slachtoffers eerst medisch onderzocht, waarna ze worden geregistreerd in een ‘levende databank voor donororganen’, die de toewijzing van organen vergemakkelijkt. Volgens de verklaring van de VN zijn de meest voorkomende organen die uit de gevangenen worden verwijderd harten, nieren, hoornvliezen en, in mindere mate, levers.

David Kilgour is een Canadees, voormalig parlementslid. Samen met internationaal mensenrechtenadvocaat David Matas publiceerde hij al in 2006 het eerste rapport over de orgaanoogst bij gevangengenomen Falun Gong-beoefenaars in China. David Kilgour zei tijdens een interview: “Wat de CCP hier doet, doet je denken aan een of ander grotesk restaurant waar je je kreeft uit een tank kunt kiezen. Maar hier hebben we het wel over mensen!”
Zowel David Matas als David Kilgour hebben de afgelopen 15 jaar de wereld rondgereisd om politici en mensenrechtenorganisaties bewust te maken van de ernst van deze misdaden die, volgens hun onderzoeksresultaten, in China door de jaren heen steeds hebben plaatsgevonden. Een update van hun initiële rapport werd gepubliceerd in 2016 en gaf aan dat deze misdaden zelfs zijn geïntensiveerd sinds de publicatie van hun eerste rapport. David Matas beschreef de door de staat georganiseerde orgaanoogst bij gewetensgevangenen in China als “een nieuw soort kwaad op onze planeet.”
Na de publicatie van de recente verklaring van de VN reageerde Ellen Kennedy, uitvoerend directeur van ‘World Without Genocide’: “In 1948 behoorde China tot de negen leden van het comité dat de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens heeft uitgeschreven. Sindsdien heeft China opnieuw zijn steun uitgesproken voor de UVRM, onder meer bij de 60ste verjaardag in 2008. Toch zijn de bewijzen over deze gedwongen orgaanoogst door de CCP de meest flagrante schending van de mensenrechten die men zich kan voorstellen. China moet ter verantwoording worden geroepen voor deze misdaden.”

Ook Susie Hughes, directeur van de International Coalition to End Transplant Abuse in China (ETAC), reageert: “Dit nieuwe rapport is zo’n belangrijke stap van de deskundigen van de speciale rapporteurs van het Hoog Commissariaat voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties, en het feit dat ze dit hebben gedaan spreekt boekdelen voor de geloofwaardigheid van het bewijsmateriaal dat voorhanden is. De Chinese regering kan de afschuwelijke barbaarsheid van de orgaanoogst in de Chinese gevangenissen, ziekenhuizen en detentiecentra niet langer verbergen. China’s antwoord aan de speciale rapporteurs van de VN, hun spervuur van lasterlijke beschuldigingen aan het adres van de slachtoffers, zal in dovemansoren vallen nu de wereld steeds helderder wordt over de bedrieglijke en criminele aard van de Chinese Communistische Partij”.